Babette Groos

Even voorstellen...

Ik laat mezelf meer zien in gedichten dan in een korte bio over mezelf, maar ik ga het toch proberen. Mijn naam is Babette Groos, inmiddels 19, trotse Jonge Dichter des Vaderlands en moeder van vijf ratten, waarvan er drie nog leven. Ooit vond ik de Nederlandse taal vreselijk plat, maar sinds ik in 2016 mijn Engelstalige gedichten voor Doe Maar Dicht Maar naar het Nederlands vertaalde ben ik er een beetje in blijven hangen. Ik sta op zaterdagen langs de lijn van het voetbalveld te schreeuwen en probeer tussen de regels door nog ergens een bundel samen te stellen. Ergens daartussen vind ik altijd nog de tijd om te lezen, ookal is het de achterkant van de shampoofles als ik mijn telefoon vergeet mee te nemen naar het toilet.

Lees hier wat de jury over Babette te zeggen had.

Foto’s: Edwin Bakker

Ze ráákt ons, maar dan niet op de zachte, weemoedige manier: ze slaat waar het pijn doet.

- Juryverslag Derek Otte, Feline Streekstra en Vicky Francken

De gedichten van Babette

MICHAEL ZOENT MICHAEL

één.

een steeg. van de twee jongens drukt de een de ander tegen de muur. het is een botsing van mond tegen mond tegen nek tegen schouder en het is heet heet heter ondanks begin-juni koude nachten. geen van hen denkt aan gevaar. geen van hen denkt aan met wortels en al uit de grond getrokken worden. geen van hen denkt aan de resten van levens die aanspoelen als wrakstukken van een vermist vliegtuig. jongen nummer één noemen we michael. jongen nummer twee ook.

twee.

in orlando schiet omar negenenveertig mensen dood terwijl ze zich verzamelen op een plek die voor hen veilig leek. politieagenten staan in een zee van lichamen omringd door het geluid van afgaande telefoons. moeders proberen hun zonen te bereiken, hun harten bonzend als de schoten die hun kroost het leven nam; niemand neemt op. in de hoek geeft een politieagent over.

drie.

in de steeg zakt michael tot zijn knieën terwijl michael zijn riem losmaakt. er is geen sprake van gevaar. in orlando liggen lichamen levenloos verspreid, hier drukken ze elkaar tegen de muur en proberen te vergeten waar de een ophoudt en de ander begint. dit is geen wedstrijd. ze rennen wel, maar er is niets dat hen opjaagt.

vier.

verderop, in michigan, wordt een vrouw door drie mannen in elkaar geslagen omdat ze haar op tv hebben gezien. naast het ziekenhuisbed vraagt haar vrouw zich af waarom hun uitgezonden trouwerij mensen tot geweld dwingt. haar vrouw overleeft het. hun huwelijk niet. als je iets zo kapotmaakt dat zelfs de aanblik ervan mensen tot tranen roert, valt het vaak niet meer te redden.

vijf.

in de steeg zoent michael michael op zijn mond. het smaakt naar angst en haast en een nieuw soort wanhoop, maar die dingen zijn overspoeld door alcohol. later zal de een rouwen om zijn vrienden in orlando terwijl de ander zijn familie voorliegt over een vriendin die ze nooit zullen ontmoeten. zelfbescherming komt voor alles. ze maken vrij ruime kasten, tegenwoordig.

zes.

michael zoent michael. omar schiet negenenveertig mensen neer in een gaybar. michel zoent michael. een vrouw wordt in elkaar geslagen. michael zoent michael. een huwelijk geruineerd. michael zoent michael. een familie ontwricht. michael zoent michael. onveilig. onveilig. onveilig. michael zoent michael.

zeven.

een steeg. van de twee jongens drukt de een de ander tegen de muur. het is een botsing van mond tegen mond tegen nek tegen schouder en het is heet heet heter ondanks begin-juni koude nachten. de een duwt de ander weg. we noemen ze beiden michael. dit kan niet. schuchtig. kijk om je heen. als het omar niet is, is het iemand anders wel. opnieuw: dit kan niet. michael trekt michael mee. zo is het niet veilig.

AUTO

in mijn oorlogslichaam heb jij
je hand op mijn dijbeen en ik
slaap in de auto

op deze slagveld-rit bepalen we niet
waar we heengaan, alleen
weg van deze godvergeten
plek

achter ons laten we een
brandende stad; de
vlammen hoog. zijn wij de
zachtheid niet meer waard? we
proberen de duisternis uit
onze mond te houden

ik zie bloed als
zand; aderen een
zandloper-horloge,
tijd gespreid als een meisje op
mooie lakens en

geen van ons weet iets
van gevaar. is ze dood of
aan het wachten

we vouwen doodskisten met onze
vingers, maken van onze palmen
een rustplaats en
tussen onze ribben,
altijd een moeder, wachtend ons
te vertellen een jas aan te doen

ik slaap nog steeds. ik ben er
nog steeds. in deze versie van
de waarheid ben ik alleen maar
tanden en geen tong. ik verkoop
de huid voordat ik het hert
schiet, lik mijn lippen voordat
ik eet, praat over liefde alsof ik het
gezien heb

opnieuw, bloed als zand,
zandloper-horloge, hand op mijn
dijbeen.
je zegt dat we nergens heen-
gaan maar we zijn
wel
op weg

BRENG MIJ HANDE KADER

Kun je het niet horen? Dit is oorlog onder onze voeten.
We vinden een lichaam in Istanbul, verbrand en
verkracht. We vinden een groep transseksuelen wiens
aanklachten niet wordt geloofd. Nee is altijd nee, maar
wie luistert naar een vrouw in brand?
Waar was God toen ze Hande Kader verkrachtten? Waar
was God in Orlando? Waar is God elke dag, elke
seconde—Waar is God wanneer schoten ons doorboren,
wanneer zelfs onze identiteit niet meer veilig is?
Elke nacht droom ik dezelfde droom: Hande Kader; grond vies
en bebloed; ogen open. Iets smeult nog na. Zelf na mijn
waken ruik ik rottend vlees; ik
zweet uit de schaamte van mijn zorgeloze bestaan.
Breng mij Hande Kader. Dit is geen afscheid, dit
is het begin van een oorlog. Iets smeult
nog na.

Ouderschapsplan

mijn vader praat
maar het geluid staat uit
en zonder dit
stort de wereld in
en zelfs als ik het wil
kan ik dit niet stoppen
want mijn woorden zijn een domino-effect
van slechte keuzes
en alles wat ik aanraak vliegt in brand
en alles wat ik zeg
is munitie voor de ander
en in het ouderschapsplan staat niets
over het gevoel dat geen huis
thuis is
en dat je altijd je andere sok verliest
in de afstand tussen je moeder
en je vader
en daar ben je misschien ook
ergens je loyaliteit kwijtgeraakt

Haar woordkeuze is treffend, haar stem klinkt authentiek en bevlogen.

- Juryverslag Derek Otte, Feline Streekstra en Vicky Francken

Regen

en elke dag volgt op de ander
en elke dag ben je
meer alleen
ben je
minder mens en
meer tranen
en vraag je je af
hoevaak het nog moet regenen
voordat je lichaam vastroest
met je armen langs je lijf en
hoe jezelf schoonspoelen ook
een straf is geworden
en al het water smaakt
naar je moeders parfum

 

TBS

mooie meisjes in het bos
fietsen altijd met zijn tweeën
mooie meisjes in het bos
bellen onderweg naar huis
(want waarom zou je mannen leren
ons niet van de fiets te trekken
als we meisjes kunnen leren
niet alleen te kunnen zijn?)
mooie meisjes in het bos
kunnen hun locatie delen
mooie meisjes in het bos
komen anders niet meer thuis

NASA

NASA laat niet zomaar
zachte meisjes naar de maan
we kantelen onze bekkens
tot de kust; er is geen plek hier
voor zout water, stop je tranen
maar weer terug

ik heb nog nooit een lichaam gezien
waar ik niet in zou willen drijven
waar ik niet van zou willen drinken
en alles smaakt naar aardbei
en kersen op je tong

NASA laat niet zomaar
zachte meisjes naar de maan
ik weet niet of ze weten
wat wij met ruimte kunnen doen

Goochelaar

de verdwijntruc werkt alleen als je terugkomt
als je aantonen kan dat je nog bestaat
raak met je palmen mijn palmen aan
en ik vertel je
dat het goedkomt
want het is al lang niet meer in
om groot en tragisch te zijn
maar in plaats daarvan doen we het licht uit
hou ik je hand vast
zoen ik je wangen
bouwen we een huis van alle keren
dat ik te trots was om sorry te zeggen
en verkopen het
met winst